Wat is endoscopie?

Endoscopie ('endo' betekent 'van binnen' en 'scoop' betekent 'kijker') is: het bekijken van inwendige organen met behulp van een endoscoop die via natuurlijke lichaamsopeningen ingebracht wordt.

Een endoscoop is een flexibele (=buigzame) buis en heeft aan de punt een klein cameraatje en een lampje, waardoor het onderzoek op een televisiescherm te volgen is.

(Bron afbeelding: Ziekenhuis.nl)

 

Biopt

Door de flexibele buis kan de arts instrumenten schuiven, waarmee bijvoorbeeld een klein 'hapje' (biopt) uit het slijmvlies kan worden weggenomen. Het biopt kan vervolgens verder worden onderzocht op afwijkingen. Zo'n biopsie doet geen pijn, omdat de meeste inwendige organen geen pijnvezels hebben.

 

Al naar gelang het orgaan dat van binnen wordt bekeken, wordt een andere naam gebruikt. We bespreken hier alleen de onderzoeken die betrekking hebben op het maag-darmstelsel en de urinewegen:

 

Coloscopie

De colo(no)scopie: hierbij wordt in de dikke darm of "colon" gekeken en eventueel in het laatste deel van de dunne darm of "ileum". Via de anus wordt de colonoscoop van ongeveer 1 cm doorsnee voorzichtig in de endeldarm gebracht. Daarna wordt deze langzaam en geleidelijk steeds verder in de dikke darm geschoven. Er wordt ook wat lucht langs de endoscoop in de darm geblazen, zodat de darmwanden wat van elkaar af gaan staan. 

Indien je dat wilt, kun je een verdoving (slaapmiddel/ pijnstiller) via een infuus in je hand/arm toegediend krijgen (sedatie, ook wel 'roesje' genoemd). Sommige mensen vallen hiervan in slaap, anderen blijven wakker, maar zijn wat meer ontspannen door het roesje. Heel soms krijgen mensen een narcose.

 

Tijdens het onderzoek kunnen sommige aandoeningen meteen al worden behandeld, bijvoorbeeld het openmaken van vernauwingen en het wegnemen van poliepen. Het is een niet zo prettig onderzoek en dat heeft voornamelijk te maken met de lucht die wordt ingeblazen, wat krampen kan veroorzaken. De ene persoon is hier gevoeliger voor dan de ander. Medicijnen mag je voorafgaand aan het onderzoek blijven gebruiken, behalve ijzertabletten, omdat deze de darmwand zwart kleuren. Deze moeten een week voor het onderzoek worden gestopt. Soms moet er ook tijdelijk met bloedverdunners worden gestaakt. 

 

Laxeren

Om het onderzoek goed te kunnen uitvoeren, moet je dikke darm helemaal leeg zijn. Hiervoor zijn verschillende methoden, die per ziekenhuis variëren. In veel gevallen moet je het laxeermiddel klean-prep of Colofort drinken met daarbij een dieet. De twee laxeermiddelen zijn PEG-oplossingen (percutane endoscopische gastronomie). Ze bevatten de laxerende stof macrogol, welke niet door de darmwand wordt opgenomen maar wel vocht vasthoudt. Hierdoor ontstaat de diarree en wordt de dikke darm 'schoongespoeld'. Omdat je daarbij snel zouten en mineralen kwijtraakt, zijn deze aan het middel toegevoegd (elektrolyten). Vaak dien je er 4 liter van te drinken.

Een alternatief voor de vele liters Klean-prep is het middel Phosporal (behoort niet tot de PEG maar de fosfaaticonen), waarvan je minder hoeft te drinken (twee doseringen van 45 ml) en ook minder vies is (smaak gember-citroen). Of het middel MoviPrep of Picoprep, waarvan je 2 keer 150 ml dient te drinken met daarnaast 2 liter heldere drank die je zelf mag kiezen. De laatste is ook een PEG, alleen zijn hier twee stoffen aan toegevoegd (ascorbinezuur en natriumascorbaat) die de laxerende werking versterken waardoor je er minder van nodig hebt.

 

Sigmoïdoscopie

Hierbij wordt alleen het laatste deel van de dikke darm (ongeveer 50 cm) bekeken. En bij een rectoscopie/proctoscopie wordt alleen de binnenkant van de endeldarm en anus bekeken. Doordat bij deze twee laatste onderzoeken een stuk minder lucht wordt ingeblazen heb je veel minder last van krampen.

 

Scopie door stoma

Als je een stoma hebt, kan er ook een scopie worden gedaan via je stoma in plaats van de anus. Vaak is het onderzoek zelf, maar zeker de voorbereiding, een stuk minder belastend dan door de anus. En een voordeel bij een ileostoma is dat de weg naar de dunne darm veel korter is dan via de endeldarm, de bochten van de dikke darm kunnen erg vervelend zijn. De voorbereiding hangt af van het type stoma dat je hebt. Bij een ileostoma is het vaak voldoende als je op de dag van het onderzoek geen vast voedsel meer eet. Vaak hoeft er niet gelaxeerd te worden.

Mensen met een colostoma mogen ook de dag ervoor niet eten en moeten wel laxeren. Door de vastere ontlasting bij een colostoma is de dikke darm moeilijker schoon te krijgen. Bij een ileostoma is dit makkelijker, en kan er bovendien tijdens het onderzoek gemakkelijk dunne ontlasting worden weggezogen. Voor mensen met een colostoma die hun darmen regelmatig spoelen, kan soms wel een uitzondering qua voorbereiding worden gemaakt. Overleg dit met je arts en stomaverpleegkundige!

Vaak komt bij mensen met een stoma de ingeblazen lucht er wat sneller uit. Ook duurt het onderzoek gemiddeld een stuk korter.

 

Lees de ervaringsverhalen met een scopie door het stoma

 

Dubbel ballon-endoscopie

Een redelijk nieuwe variant is de dubbel ballon-endoscopie of 'push and pull endoscopy', wat een grote doorbraak is voor aandoeningen aan de dunne darm. Bij de dubbel ballon-endoscoop wordt gewerkt met een twee meter lange, zeer flexibele endoscoop. Deze is, in tegenstelling tot andere scopen, wél in staat de vele bochten van de dunne darm te passeren.

Aan het puntje van de scoop zitten twee ballonnetjes. Ieder ballonnetje is van buitenaf te bedienen. Eerst wordt de scoop via de mond ingebracht, waarna hij zijn weg vervolgt via de slokdarm en maag naar de dunne darm. De ballonnetjes klemmen zich vast en laten weer los doordat ze om en om met een beetje lucht worden gevuld of worden laten leeggelopen. 

Door het gebruik van deze ballonnen kan de dunne darm voor het eerst volledig met een scoop worden bekeken. Een arts kan zo de hele darm in 10 tot 15 stappen bereiken. Deze vorm van endoscopie biedt behandelingsmogelijkheden als:

Het onderzoek is wel duurder dan de traditionele endoscopie. Dit komt doordat het medische materiaal slechts 1 keer gebruikt kan worden en door de hogere aanschafprijs van de nieuwe scoop.

(Bron: Onis.be)

 

Endomicroscoop

Ook redelijk nieuw is de endomicroscoop, die in Frankrijk de prestigieuze onderscheiding voor 'Beste medische toepassing technologie in 2007' heeft gewonnen. Door een endoscoop en een microscoop met elkaar te combineren kan het beeld van de darmwand 1000 keer worden vergroot, hoeven in de toekomst minder weefselbiopten genomen te worden en kan de arts samen met de patholoog ter plekke een diagnose stellen.

Endomicroscopie is een samentrekking van twee woorden:

  1. Endoscopie (inwendig kijken met behulp van een glasvezelkabel)
  2. Microscopie (weefsel in de diepte op celstructuren en details onderzoeken)

De gouden standaard op dit moment is dat uit elk verdacht plekje in de darm een biopt wordt genomen en dat de patholoog dit onderzoekt. Met de komst van de nieuwe endomicroscoop zou dit kunnen veranderen. Hiermee kunnen de artsen tijdens het onderzoek, met behulp van een contrastvloeistof en tot een diepte van 0,25 tot 0,50 mm, zien of cellen goedaardig of kwaadaardig zijn. Deze scopen zijn alleen erg duur en hebben hun nut nog niet voldoende bewezen.

 

Gastroscopie

Hierbij bekijkt de arts de binnenkant van je maag, de slokdarm en het eerste deel van de twaalfvingerige darm (duodenum). Je maag moet bij dit onderzoek leeg zijn. Eerst krijg je een drankje dat schuimvorming in de maag tegengaat (dit gebeurt niet op alle scopie afdelingen). Schuimvorming is een normale reactie van de maag op een vreemd voorwerp.

Bij dit onderzoek kun je door middel van een spray met een bittere smaak (xylocaine) een verdoving in de keel krijgen om de neiging van kokhalzen tegen te gaan, of eventueel een roesje. Er wordt een ring tussen je kaken geplaatst ter bescherming van je gebit en de gastroscoop en daarna wordt de 8 mm dikke gastroscoop door de slokdarm naar de maag geschoven.

 

 

Ook bij dit onderzoek wordt er wat lucht ingeblazen om de maagwand beter te kunnen bekijken. Je kunt terwijl het onderzoek bezig is net zo makkelijk ademen als anders. Tijdens het onderzoek kunnen door de endoscoop heen instrumenten ingebracht worden om:

 

Endo-echografie

Bij endo-echografie zijn de beelden veel scherper dan bijvoorbeeld die van een CT-scan. Bij dit onderzoek wordt een endoscoop met daaraan een echografie-apparaatje ingebracht. Er wordt gebruik gemaakt van geluidsgolven, die door verschillende weefsels in en rond de buik op een andere manier worden weerkaatst. Van deze teruggekaatste golven kan op een monitor een beeld gevormd worden.

Met endo-echografie is het mogelijk om het volgende gedetailleerd in kaart te brengen:

Er bestaan twee soorten echo-endoscopieën:

  1. Er is de echo-endoscopie die via de mond wordt uitgevoerd. Deze manier gebruikt de arts om slokdarm, maag of alvleesklier te onderzoeken.
  2. Daarnaast bestaat er een echo-endoscopie die via de anus plaatsvindt. De arts kan dan de anus, endeldarm en/of dikke darm inspecteren op beschadigingen van de kringspier, het lokaliseren van fistels rond de anus en endeldarmkanker.

 

Camerapil

Er is veel ontwikkeling op dit gebied. Zo zijn onderzoekers aan de TU Delft bezig met een robotslak, wat zelfstandig door het darmkanaal glijdt. Iets wat al in gebruik is, is de camerapil. De Israëlische geheime dienst ontwikkelde hem voor spionagedoeleinden, maar nu wordt de pil vooral in ziekenhuizen gebruikt.

De feiten:

Hiernaast zie je hoe de camerapil eruit ziet; de gele wordt gebruikt voor dunne darmonderzoek en de witte is specifiek ontworpen om de binnenvoering van de slokdarm te bekijken. De camerapil is een uitkomst bij dunne darmonderzoek want om de hele dunne darm te bekijken, was voorheen een kijkoperatie nodig waarbij je helemaal onder narcose ging. Wel kan met endoscopisch onderzoek het onderste stuk (door de anus) of bovenste stuk (door de mond) van de dunne darm worden bekeken.

Je krijgt 3 sensoren (plakkertjes) op je borst geplakt die weer zijn verbonden met een datarecorder die aan een riem wordt gedragen, deze datarecorder registreert de hele reis. Als de pil doorgeslikt is beweegt hij dankzij de natuurlijke samentrekkingen (peristaltiek) van de darmen vooruit. De pil maakt 2 foto's per seconde, uiteindelijk 60.000 opnamen (8 uur, zo lang werken de batterijtjes ongeveer). Je voelt niks van het voortbewegen van de camera en hij verlaat het lichaam via de ontlasting.

 

De camerapil moet je (nog) wel zien als een aanvullend onderzoek omdat:

Uit een studie blijkt dat 40 tot 50% van de afwijkingen die deze camerapil "ziet", niet zouden zijn gevonden via de oudere methoden als een coloscopie. Het onderzoek wordt steeds regelmatiger in verschillende ziekenhuizen uitgevoerd. 

 

Lees de ervaringsverhalen met de camerapil

 

Cystoscopie

Dit is een inwendig onderzoek van de plasbuis en blaas (cyst=blaas). Met behulp van een cystoscoop (smalle buis voorzien van een sterke lichtbron) kan de uroloog de blaas en plasbuis (en eventueel de prostaat bij de man) van binnen bekijken. Ook kunnen met dit instrument kleine steentjes of poliepen uit de blaas worden verwijderd.

De uroloog brengt de scoop via de plasbuis in de blaas. In de plasbuis wordt wat gelei gespoten. Dit dient als glijmiddel en als verdovingsmiddel van het slijmvlies. Via een slangetje aan de scoop wordt vervolgens een steriele zoutoplossing in de blaas gebracht. Hierdoor ontplooit de blaas zich, waardoor je aandrang tot plassen kunt krijgen.

Na het onderzoek kun je zelf de zoutoplossing weer uitplassen.